Papoose, was dat niet die rapper die ooit vanuit het relatieve niets een spreekwoordelijk bom dropte met Alphabetical Slaughter waar elke hiphopliefhebber van begon te stuiteren. Was hij toen niet even, heel even, hottest mc in the game? Tekende hij niet een miljoenendeal bij Jive Records om vervolgens zijn debuutalbum The Nacirema Dream aan te kondigen?
Driewerf ja. Een ster leek geboren, vergelijkingen met een jonge Nas werden gemaakt. Het bleek allemaal te voorbarig. Papoose kreeg ruzie met zijn label, die zijn muziek volgens hem ‘te commercieel’ benaderde. Hij bracht in eigen beheer een lange reeks mixtapes uit (de teller staat inmiddels op 27), maar echt opzien baren deed hij niet meer. Nu, zeven jaar na Alphabetical Slaughter, is The Nacirema (‘American’, maar dan achterstevoren) Dream er dan toch en Papoose, 34 (!) inmiddels, lijkt ermee te doen wat meestal niet gebeurt: zijn eeuwige belofte inlossen. TND is namelijk een goed in het gehoor liggende no-nonsense plaat waarop Papoose zijn veelzijdigheid als mc laat horen. Dat is goed te merken aan de hand van de singles die in de aanloop naar de releasedatum van het album werden uitgebracht. Zo is On Top of My Game een bombastisch brag ‘n boast nummer, maar What’s My Name is weer meer party ‘n bullshit en op 6AM laat Pap horen de kunst van het vertellen van een verhaal niet te zijn verleerd. Dat de meeste nummers van The Nacirema Dream al enkele jaren geleden zijn opgenomen is echter wel te horen. Als XXL’s Freshmen van 2013 het geluid van nu vertegenwoordigen, dan is Papoose echt van een vorige generatie. Zingen doet hij waarschijnlijk niet eens onder de douche, daar heeft ‘ie refreintjeszangers voor. Zijn stijl doet dan ook vooral denken aan Joe Budden, Saigon of Fabolous. Ook de referenties naar muzikanten (E-40, Diplomats, Ashanti) en sporters (Floyd Mayweather, Charles Barkley) uit voorbije tijden en de samples (Ice-T, The O’Jays) zorgen ervoor dat The Nacirema Dream een beetje gedateerd aanvoelt. Het meest schrijnende voorbeeld hiervoor is nog wel het Auto Tune-refrein van Get At Me, een geluid dat in deze vorm rond 2008 wel uitgestorven leek te zijn – hoewel de kans natuurlijk groot is dat het nummer al van vóór die tijd is. Het grootste gedeelte van TND is helemaal niet onaardig. Wat wel teleur stelt, en waar de echte fans het meeste over zullen vallen, is dat Papoose niet de lyricist is van Alphabetical Slaughter. Precies datgene wat Pap Jive verwijt, dat ze te commercieel zouden zijn, dat kun je nu over The Nacirema Dream zeggen. Nergens overstijgt, of zelfs maar evenaart, Papoose als woordkunstenaar dat iconische nummer en al helemaal niet op de afsluiter van de plaat, Alphabetical Slaughter Part II (Z to A). Het is sowieso natuurlijk maar de vraag of het verstandig is om een kunstje te herhalen, maar hij weet ook niet de magie van het origineel te benaderen. In plaats daarvan lijkt het nummer te verzanden in een oefening woorden met toevalligerwijs dezelfde beginletter op te dreunen. Papoose blijkt daarbij ook nog eens van bijzonder weinig historisch besef te beschikken (of er fascistische sympathieën op na te houden) door “Mussolini my main man” te noemen. The Nacirema Dream is een album dat al minstens vijf jaar in de winkels had moeten liggen, hopelijk kan Papoose nu dóór. (6.5)