Tegenwoordig moet hij zijn best doen om aan 30.000 YouTube-views te komen, en zijn deze week verschenen mixtape Al Capone zal waarschijnlijk door weinigen geluisterd worden. Toch heeft Master P een onuitwisbaar stempel op de Amerikaanse hiphopwereld gedrukt. Hij was de eerste labelbaas die aantoonde dat het niet per se hoeft te gaan om vernieuwende of pakkende muziek, en dat er veel meer dan alleen cd´s verkocht kan worden. Met een opportunistisch, aan propaganda grenzend businessmodel legde P met zijn No Limit Records de blauwdruk voor de latere ondernemers als Jay-Z, 50 Cent en Birdman. Een portret van de zelfbenoemde Ghetto Bill Gates, die zelfstandig een hiphopimperium opbouwde en vervolgens aan zijn eigen megalomanie ten onder ging.
Geld verdienen Het begon met een platenzaak. Nadat hij een paar jaar de kost had verdiend als drugsdealer, verliet Master P (Percy Miller, 1967) zijn thuishaven Calliope, New Orleans voor Richmond, Californië. Zijn broer Kevin Miller was vlak daarvoor om het leven gebracht bij een uit de hand gelopen drugsdeal, P wilde niet hetzelfde lot ondergaan. Met een erfenis van zijn grootvader (ca. $10.000,-) begon hij in 1989 een platenzaak. Na krap een jaar had hij het idee dat hij de markt goed genoeg kende om te weten waar vraag naar was. Hij begon zijn eigen label en als eerste artiest contracteerde hij zichzelf - niet omdat hij ervaring had als rapper, maar omdat hij één doel had: geld verdienen, en daarbij wilde hij natuurlijk geen tussenpersonen die ook betaald moesten worden. Master P was de producer, de tekstschrijver, de rapper, de verkoper en de labelbaas. De eerste paar albums die hij uitbracht waren in elk opzicht het werk van een beginneling: amateuristische G-Funk-beats, afgezaagde teksten over het leven in de getto en een bizar houterige flow. Hoewel zijn wortels in New Orleans lagen, ademde zijn projecten in ieder opzicht een Westcoast-gevoel uit, simpelweg omdat die hiphop het meest populair was in die tijd. Maar op P's projecten kwam amper respons, zelfs niet vanuit zijn buurt. Dat weerhield hem er echter niet van om verder te gaan. Hij vormde samen met zijn broers C-Murder en Silkk The Shocker het collectief TRU (The Real Untouchables) en bleef jarenlang dezelfde Eazy-E-achtige hiphop maken, vol geweld, agressie en seksisme. Zijn platenzaak bestond inmiddels niet meer, maar de naam van de winkel bleef intact: No Limit Records. Best Hustler Master P had geen enkele muzikale ambitie. Hij wilde niet iets toevoegen aan hiphop, zijn teksten hoefden niet vernieuwend te zijn en de nummers hoefden ook niet goed in elkaar te zitten. Hij was eenvoudigweg een jongen van de straat die begreep hoe goedkoop het was om een album te maken en hoe veel geld er mee verdiend kon worden. Daar heeft P zelf ook nooit een geheim van gemaakt. Of, zoals hij het zelf verwoordt op de track Best Hustler: "I ain't tryin' to be the best rapper//I'm tryin' to be the best hustler." Zijn muziek verkocht P vanuit de kofferbak, hij belde platenzaken en radiostations plat tot ze hem aandacht gaven. De single I´m Bout It, Bout It zorgde uiteindelijk voor de zo felbegeerde doorbraak. Toegegeven, het nummer was in wezen niets meer dan de zoveelste uitgemolken G-Funk-beat, maar door Master P's ( wellicht gejatte ) uitdrukking "Bout it, bout it" en het fijne couplet van de nog steeds onderschatte MC Mia X kreeg het nummer iets beklijvends (let ook op haar verschijning, telefoon incluis, in de videoclip ). Vlak daarvoor was Master P samen met zijn broers al terug naar New Orleans verhuisd en mede daardoor begon No Limit aanzienlijk te groeien. Er werden meerdere artiesten bij het label betrokken - voornamelijk familieleden en goede kennissen, zelfs P's echtgenote Sonya C - en wat vooral belangrijk was, was de aanstelling van Beats by the Pound. Dit vijfkoppige productieteam maakte vanaf 1995 alle beats voor No Limit-releases, en zorgde ervoor dat het label haar traditionele West Coast-sound veranderde in een eigen, zuidelijk geluid, met dikke bassen, goedkope pianoloopjes en kletterende drums. Opportunistisch Toen 2Pac in 1996 overleed, zag de altijd opportunistische Master P een kans. Hoewel hij 2Pac nooit gezien of gesproken had, maakte hij meteen het nummer Rip Tupac , dat klinkt alsof P zojuist een dierbare vriend heeft verloren ("Thug nigga, no more tears, moma shared// No more pain in the muthaphukkin' new year"). De ode sloeg aan en was het openingsnummer van de succesvolle verzamelaar West Coast Bad Boyz 2 - een strategisch gekozen plaat waarmee No Limit liet zien zijn fans aan de West Coast niet te vergeten, mede door de hoofdletters Dedicated to: Tupac 'Makaveli" Shakur die de cover sierden. Op tientallen No Limit nummers van na september 1996 wordt 2Pacs naam genoemd, en daar bleef het niet eens bij: Pacs muziek zelf vormde ook een enorme inspiratiebron. Veel van zijn citaten of spreuken werden letterlijk overgenomen door No Limit-rappers, soms zelfs hele concepten, beats of teksten (het meest schrijnende voorbeeld: On my enemies van C-Murder, een regelrechte kopie van 2Pacs When we ride on our enemies). Een verbluffend overzicht van al het 2Pac-hergebruik (ook in kleding en zelfpresentatie) is hier en hier te vinden. Al dient daarbij te worden opgemerkt dat Master P en de zijnen het zelf nooit als diefstal zagen, maar als eerbetoon. Hoe het ook zij, door zich plots zo actief met 2Pac te bemoeien, speelde No Limit perfect in op het gevoel van verlies dat er leefde binnen Amerika en plaatste zichzelf zodoende op de voorgrond. Na de dood van Notorious B.I.G. bracht Master P zelfs de oversentimentele track I Miss My Homies uit, waarin hij het heeft over zijn overleden "homies" en alleen 2Pac en Biggie bij naam noemt - en trok zo steeds meer aandacht voor zijn eigen carrière. Het leverde uiteindelijk een deal op met Priority Records, waarbij Master P op een of andere manier voor elkaar kreeg dat Priority de wereldwijde distributie voor No Limit zou verzorgen, terwijl hij zelf 85% van de winst zou opstrijken en als eerste hiphoplabel ooit 100% het recht zou houden op zijn eigen masters. Efficiënt In ruim vijf jaar had P vanuit een goedkope platenzaak een landelijk bekend label opgebouwd. Sommigen verwachtten dat hij zich muzikaal nu eindelijk zou laten zien, dat hij door dit stevige financiële fundament eindelijk zou laten zien wat hij als artiest in huis had. Maar hoe meer ruimte en kansen Master P kreeg om te experimenteren, hoe meer No Limit volgens vaste formules te werk ging. Er was één doel: geld. Alles moest simpel en snel geproduceerd worden en zo efficiënt mogelijk op de markt worden gebracht. Videoclips waren veredelde promofilmpjes, contracten werden alleen als dat echt nodig was gesloten (Beats by the Pound heeft in al die jaren bijvoorbeeld nooit een serieus contract getekend). Er werden in hiphopblad The Source meerdere advertenties per nummer geplaatst, in bijna ieder interview benadrukte P dat hij een hustler uit het getto was, en iedere artiest droeg bij aan het werk van zijn labelgenoten. Sterker nog, in nog geen jaar tijd werd de hele structuur van No Limit zo gevormd dat zoveel mogelijk artiesten een zo groot mogelijk bereik hadden. Gouden tank Master P richtte zijn label in als een leger. Hij was geen teruggetrokken zakenman à la Russell Simmons of Suge Knight, nee, P was de voornaamste ster van zijn label. Illustratief hiervoor is de videoclip van Make Em Say Ugh : Master P komt in een gouden tank een basketbalveld oprijden, waarna hij fanatiek begint te rappen, terwijl de rest van zijn No Limit-artiesten onderdanig achter hem staan. Zelfs bij de coupletten van anderen treedt Master P veelvuldig op de voorgrond, terwijl de rest van de rappers min of meer het decor vormt. Er is, kortom, sprake van een duidelijke machtshiërarchie: P zelf is de generaal (soms duidt hij zichzelf ook aan als de "commandor and chief" of "the colonel"), de rest van de rappers doet dienst als soldaat. Niets voor niets staat er achterop alle albumhoezen dezelfde gouden, glimmende tank, met daaronder in hoofdletters dat Master P de executive producer is. Let ook eens op hoe vaak in No Limit-nummers de woorden "Soldier" en "Told you" na elkaar gebruikt worden, of hoe veel tracks er zijn met een militaire associatie (een greep uit het aanbod: No Limit Soldiers, You Don't Wanna go to War With a Soldier, Street Army, Soldiers, Bout That Combat, On a Mission, Round of the Tank, Im a Soulja, I'm Yo Soldier, Soldier Party, Soldiers Riders & G's, I'm a Soldier, No Limi Soldiers Pt. 2 ). Rapper Magnolia Slim veranderde toen hij zich aansloot bij No Limit zelfs zijn naam in Soulja Slim, maakte vervolgens een clip midden op het militaire strijdveld en leverde misschien wel de meest afzichtelijke cover van het label. Pen & Pixel Alle artiesten waren kortom, een vergelijkbaar onderdeel van het grote No Limit-leger. Zoals gezegd ging het niet om muzikaal vernuft, maar om geld, zo snel en zo veel mogelijk. Om die reden bracht iedereen ook praktisch dezelfde goedkope en uiterlijk identieke albums uit: een kitscherige Pen & Pixel vol goud en rijkdom, een basale achterkant met alleen de tracktitels, en een cd-boekje met tientallen advertenties voor aankomende No Limit-projecten (meestal zelfs samen met een 900-nummer, waarop direct besteld kon worden). Ook qua geluid lijkt alles verdacht veel op elkaar. Bijna elke No Limit cd telt meer dan twintig nummers, duurt zo'n tachtig minuten - in een interview met The Washington Post verklaarde P: "What I learned in the ghetto is that everybody wants more for their money" - en staat vol met samenwerkingen met de andere artiesten, waardoor sommige No Limit-acts op hun eigen albums maar één, of zelfs helemaal geen solotrack hebben. Tekstueel zijn het steeds weer dezelfde gangsterverhalen over "keeping it real", "life in the ghetto", "beef", "thugs" en "soldiers", soms werden zelfs hele coupletten letterlijk hergebruikt . Het aantal keren dat men "bout it bout it" op "rowdy rowdy" op elkaar laat rijmen - wat strikt genomen niet eens rijmt - is ontelbaar. Het heeft iets weg van indoctrinatie. Bepaalde leuzen zo vaak herhalen dat het publiek er vanzelf in gaat geloven. Gebrek aan chemie Productioneel klinken de meeste No Limit-albums zo mogelijk nog meer identiek. Er was één studio van het label, zo hebben onder meer rapper Mac en producer KLC later in interviews verteld. Overdag zaten de producers van Beats by the Pound daar gezamenlijk beats te maken. Meestal zo'n tien per dag, soms meer. Productiviteit ging ten allen tijden boven kwaliteit. 's Nachts kwamen de artiesten van No Limit langs. Zonder afspraak, gewoon als ze zin hadden. Ze rapten wat snel geschreven coupletten en vertrokken na een paar uur weer. Veel collabo's werden gemaakt zonder dat de artiesten überhaupt samen in de studio waren (wat vaak ook te horen is aan een pijnlijk gebrek aan chemie). En zo ging het maanden achter elkaar, het was lopende band werk waarbij er honderden nummers werden opgenomen zonder enige muzikale inzet. Het zorgt ervoor dat een album uit de No Limit-stal binnen een paar tellen te herkennen is. En in dat herkenbare school juist de kracht van het label. Tijdgenoten als Jay-Z en Puff Daddy veranderden meerdere keren duidelijk van stijl, meestal voor een meer gelikte, toegankelijke sound. No Limit bracht steeds opnieuw dezelfde muziek uit. Juist door het rauwe, goedkope randje dat er altijd in doorklonk, omarmde het publiek vrijwel elke release. In zijn lezenswaardige naslagwerk Third Coast: A Southern Thing verwoordt journalist Roni Sarig het treffend: "Just as blues fans might perceive an old black street musician in tattered clothes as somehow more authentic than the same guy, tuxedo-clad in an expensive nightclub, No Limit fans valued the lack of production values." Hoeveel geld er ook verdiend werd, er bleef bij No Limit altijd een waas van echtheid omheen zitten. Al was het echtheid die door een fabriek werd geproduceerd. Speelgoedpoppen En het bleef niet bij albums. Er verschenen exclusieve No Limit-kleren, petjes, sneakers, uugh-zeggende s peelgoedpoppen (!), basketballtenues, zelfs meerdere No Limit-films (meestal geacteerd, geregisseerd, geschreven en geproduceerd door P) die rechtstreeks op video werden uitgebracht en toch miljoenen opleverden. Niet omdat ze goed waren, maar omdat alles wat No Limit deed aandacht kreeg. P wist als geen ander hoe hij een buzz rondom zijn eigen producten moest creëren. Zijn groots aangekondigde afscheidsalbum MP Da Last Don , dat verscheen samen met een (door P zelf geregisseerde) film en een paar maanden na verschijning al geen afscheidsalbum maar de zoveelste Master P-plaat bleek (een truc die later overigens dankbaar is gebruikt door Jay-Z), is natuurlijk een klassieker op marketinggebied. Maar ook van de andere acts wist P zonder serieuze promoacties altijd veertig- à vijftigduizend exemplaren te verkopen. Hij gaf nieuwe ontdekkingen een featuring met een grote naam, liet zijn hoofd zien in hun videoclips of gaf ze een prominent plekje op een van zijn vele verzamelaars (waarmee hij zich overigens vaak strategisch op één doelgroep richtte: Master P presents West Coast Bad Boyz, Master P presents Down South Hustlers, Master P presents No Limit Allstars: Who u wit?). Als ultiem machtsvertoon kocht hij ook nog eens de grote namen Mystikal en Snoop Dogg weg bij hun labels (respectievelijk Jive en Death Row). Met name de overstap van Snoop betekende psychologisch gezien veel voor zuidelijke hiphop: natuurlijk waren er met Outkast, Scarface en UGK al genoeg artiesten die nationale bekendheid kregen, maar voor het eerst verliet een grote rapper een van de bekendste hiphoplabels ter wereld om in het zuiden te wonen en te werken, voor een zuidelijk label. Snoop zelf koos vooral voor No Limit als uitvlucht van de almaar verder escalerende West Coast/East Coast-beef, die zijn goede vriend 2Pac al het leven had gekost en waarbij zijn labelbaas Suge Knight in een steeds negatiever daglicht kwam te staan. Later verklaarde Snoop tegenover Hot97 over deze periode: "Personally, I was lost. I was going to war with Death Row and I didn't have a team." Master P ving Snoop op en bood hem, naast een vorstelijk geldbedrag, een tijdelijk nieuw thuis waar hij door een geoliede machine werd opgevangen en meteen een belangrijke artiest was. Wellicht verklaart dat waarom Snoop zich nooit echt negatief of minachtend heeft uitgelaten over zijn No Limit-periode. Hij geeft hooguit toe dat het muzikaal gezien een weinig interessante tijd was, of dat Master P soms wel erg dictatoriaal te werk ging ("his programma was: whatever he say, the rest of the team did"). Maar wrok of spijt klinkt er daarbij nooit in Snoops stem door, sterker nog, tot op de dag van vandaag noemt hij P zijn "nigga" en zakelijk gezien een van zijn voorbeelden. Ongeïnspireerde Snoop Dogg Daarnaast haakte Master P altijd effectief en snel in op de actualiteit. Hij werkte samen met artiesten die op dat moment succes hadden (Nas, Jay-Z, Jermaine Dupri, Ice Cube) en op succesvolle nieuwkomers zocht hij meteen een antwoord: de oversekste Mercedes was No Limits reactie op de succesvolle pornrap van Lil Kim en Foxy Brown, het kinderduo Lil Soldiers moest dezelfde markt bedienen als Kriss Kross eerder had gedaan en het zoetgevooisde Sons of Funk werd in het leven geroepen voor de R&B-liefhebbers. Maar denk nu niet dat hiermee werkelijk muzikaal geëxperimenteerd werd, de goedkope, ongepolijste sound bleef op iedere release intact. Zelfs Snoop Dogg, die zich allang bewezen had als creatieve en technisch sterke MC, werd krampachtig in de mal van het label geduwd. Het leverde vrij desastreuze muziek op: een extreem ongeïnspireerde Snoop, die klinkt alsof hij permanent tegen de slaap vecht, brabbelt wat over zijn leven geven voor soldaten die hij net heeft ontmoet, en zijn stijl past geen moment bij de tamme, hoorbaar snel geproduceerde beats uit de koker van Beats by the Pound. Gloriejaar '98 Maar het verkocht, daar ging het om. 1998, het jaar van Snoops debuut bij het label, was No Limits absolute gloriejaar. In totaal verschenen er toen 23 albums, een moyenne van bijna één per twee weken. Ze belandden allemaal in de top twintig van de Billboard's R&B-/hiphoplijst. Ongeveer de helft ging goud of platina, Master P verdiende, zonder grote tournees of optredens te doen, ruim vijftig miljoen dollar (zeker voor die tijd een waanzinnig bedrag). Het blijft natuurlijk raadselachtig waarom het publiek elke actie van hem omarmde. Misschien kwam het omdat Master P om zichzelf een air wist te creëren van de koning Midas van de hiphop, alles wat hij aanraakte veranderde in goud en men wilde alles horen. Misschien sprak zijn levensverhaal ook gewoon enorm aan: opgegroeid in een arme wijk, zonder geld en zonder kansen, en stukje bij beetje groot geworden door zelf te ondernemen. Er waren natuurlijk wel meer succesvolle nieuwe zakenmannen binnen de hiphop - Puff Daddy, Dr. Dre - maar die waren altijd gelanceerd door middel van een grote distributiedeal. Master P begon helemaal zelf, en pas toen hij het gemaakt had ging hij werken met de grote labels - The American Dream tot in het extreme. Zelf leek P overigens geen moment op te kijken van zijn succes. In 1997 sprak hij (met een symbolisch gedienstige C-Murder en Silkk The Shocker op de achtergrond) tegenover Rap City over zijn businessplan en legde hij, gehuld achter imposante zonnebril, uit waarom zijn label zo intelligent te werk ging. Het zelfvertrouwen dat in zijn woorden doorklinkt is ongeëvenaard. Daar zit iemand die weet wat hij doet en, nog belangrijker: die weet dat hij zal slagen. Maar tegelijk voert iemand het woord die geen maat lijkt te kennen. Een ondernemer bij wie je meteen al vermoedt dat hij niet genoegen neemt met een paar miljoen, die altijd meer wil en net zolang door nieuwe inkomstenbronnen zal verzinnen tot het op een gegeven moment misgaat. Ca$h Money Records Terwijl No Limit vanuit het zuiden de Amerikaanse rapscene in zijn greep hield - het commerciële succes buiten Amerika was meteen al verwaarloosbaar klein, wat onderstreept hoe belangrijk de reclame is en hoe weinig de muziek zelf voor elkaar krijgt - dook de naam van een ander label uit New Orleans steeds vaker op: Ca$h Money Records. Met nieuwe gezichten als Juvenile, B.G., Birdman en een piepjonge Lil Wayne wist dit label steeds vaker de hitlijsten te bereiken. En hoewel deze MC's jeugdvrienden waren van enkele No Limit-acts, was er van meet af aan een gespannen verhouding tussen beide labels. Sommigen beweren dat dit vooral kwam omdat No Limits doorbraaksingle I´m Bout It, Bout It eigenlijk een concept was van Ca$h Money, anderen omdat Mystikal en B.G. elkaar niet konden uitstaan en weer anderen zeggen dat het pas echt menens werd toen C-Murder (na tientallen wederzijdse sneren) de felle disstrack Bet Ya uitbracht. Blinghoezen Maar ondanks alle onenigheid waren de gelijkenissen tussen Ca$h Money en No Limit ook onmisbaar. Niet alleen droegen de labels hetzelfde stoere, no-nonsense imago uit (deels gekoppeld aan hun gedeelde geboortewijk Calliope), ook op zakelijk gebied liet Cash Money zich overduidelijk inspireren door de successen van No Limit. De overvolle blinghoezen, het glimmende logo op de verder donkere achterkant, albums van over de zeventig minuten, boekjes vol advertenties voor toekomstige releases, artiesten die allemaal met elkaar meedoen, een verzonnen term die om de haverklap wordt gebruikt (bling in plaats van uugh), de soldatenmetafoor (Juvenile's doorbraaksingle heette Solja Rags ), één kenmerkende sound die op alle nummers terugkomt (Ca$h Money maakte niet eens gebruik van een producerscollectief, maar van slechts één producer: Mannie Fresh). Ook de distrubtiedeal die Ca$h Money met Universal Records sloot, had opvallend veel weg van de samenwerking tussen No Limit en Priority: alle masters zelf houden, relatief weinig promotiebudget en wel een volledige creatieve vrijheid. Megalomaan Maar er was ook een belangrijk verschil. Terwijl Master P vanaf dag één het voornaamste uithangbord was van No Limit, en bij elk succes dat hij boekte alweer met een groter project bezig was, had Ca$h Money in de gebroeders Williams een zakelijk gezien veel meer verantwoorde basis. Birdman, de oudste van de twee broers, was natuurlijk wel iemand die zich graag op de voorgrond opstelde, zeker als artiest bij Big Tymers, maar het duurde jaren voordat die überhaupt een album als soloartiest uitbracht. Zijn broer Ronald "Slim" Williams, de executive producer op bijna alle Ca$h Money-releases, heeft tot op de dag van vandaag een volledig teruggetrokken rol. Hij zorgt dat er genoeg geld blijft binnenkomen en houdt de motor van Ca$h Money draaiende, maar de meeste mensen zouden hem niet herkennen als hij over straat loopt. Zo'n figuur was er niet bij No Limit, waardoor Master P zich ongeremd kon laten leiden door zijn megalomanie. Het werd steeds duidelijker dat hij geen genoegen nam met een carrière als succesvolle rapper of acteur, maar dat hij een absolute volksheld wilde worden. Hij sloot een deal met Footlocker, startte No Limit Sports Management, met grote namen als Heisman Trophy-winnaar Ricky Williams, begon een benzinestation, een reisbureau, deed zaken in onroerend goed en als kers op de taart probeerde hij ook nog professionele NBA-speler te worden. Volgens insiders was dat laatste de voornaamste reden dat het succes van No Limit zo snel terugliep: vanwege try-outs begaf P zich steeds minder vaak in New Orleans en liet hij de muziek nogal versloffen. O'Dell, vaste kracht van Beats by the Pound, verklaarde later tegenover tijdschrift Murder Dog: "I started seeing that music wasn't as important to P as it was hustle to him. I think if P could have made more money selling cartons of eggs then he would have stopped doing music in a second." Scheuren in het fundament Er kwamen scheuren in het zo stabiele fundament van No Limit, en toen de bubbel eenmaal begon te barsten, viel er niets meer tegen te doen. Bijna alle rappers en producers konden zonder moeite vertrekken, ze hadden immers geen officiële verbintenis. Snoop Doggs contract werd afgesloten met Tha Last Meal, dat qua sound en design eigenlijk al geen No Limit-album meer was, en Mystikal ging terug naar Jive. Als tegenprestatie vormde Master P enkele "supergroepen" die nooit iets uitbrachten en kondigde hij met veel bombarie tientallen nieuwkomers aan, die vervolgens na een paar kleurloze gastoptredens via de achterdeur weer vertrokken. In 1999 verschenen er nog vijftien No Limit-albums, in 2000 waren dat er slechts vijf. De tank stond steeds kleiner op de hoezen. Sommige acts begonnen in interviews te klagen over onbetaalde royalties of over een gebrek aan muzikale vrijheid. Noodgedwongen moest P steeds meer afwijken van zijn vaste formules, het klassieker No Limit geluid bestond immers niet meer, en daardoor werd steeds pijnlijker hoorbaar hoe beperkt hij als muzikant was. Zijn marketingtrucjes werden bovendien steeds doorzichtiger: 504 Boyz werd gepromoot als de nieuwe supergroep, maar was in wezen een veredelde versie van TRU, terwijl de "eerste digitale videoclip aller tijden", Souljas, uiteindelijk niets meer was dan een gebrekkige animatie die extra pijnlijk oogde omdat juist al Master P's soldaten al waren vertrokken. Maar het dieptepunt was nog wel de door Master P geschreven en gefinancierde film Hot Boyz , waarmee hij hopeloos probeerde mee te liften op Ca$h Moneys succesgroep Hot Boys. Nieuw tijdperk No Limit had zijn momentum in rap tempo verloren, en niet alleen aan de overburen van Ca$h Money. In de voetsporen van No Limit brak een nieuw tijdperk aan binnen de Amerikaanse hiphop, waarbij MC's veel meer deden dan alleen rappen en ook zonder grote distributiedeal konden uitgroeien tot zakenman. Jay-Z is hier een schoolvoorbeeld van - die net zoals P begon met de verkoop vanuit zijn kofferbak en ook de voornaamste ster werd van zijn label, inclusief loyale onderdanen en een eigen kledinglijn. 50 Cents G-Unit-imperium vertoonde eveneens duidelijke parallellen met No Limit: één absolute frontman die zich op allerlei zakelijke gebieden manifesteert en één duidelijke doelstelling heeft ("get rich or die tryin'"), de rest van de artiesten extreem trouw en onderdanig - zie ook Young Bucks I'm a Soldier: "50 got 50 enemies. But if they fight him, they gotta fight me." Dat uitgerekend Buck later ruzie met 50 Cent kreeg, wat tot het bekende uitgelekte telefoongesprek leidde, maakt de parallel met het zo snel afgebrokkelde No Limit-imperium er alleen maar treffender op. Rijkste rapper ooit Master P's invloed op de huidige grootverdieners kan moeilijk overschat worden. Hij liet zien dat zuidelijke hiphop landelijk alles kan bereiken wat het maar wil, waarmee hij een voorloper was voor de latere revival van de dirty south, en legde tevens een zakelijke blauwdruk voor enkele extreem succesvolle onafhankelijke labels die nog zouden volgen (Young Money, Roc-A-Fella, Bad Boys). P sloot een van de beste distributiedeals aller tijden, hij was de eerste labelbaas die een eigen kledinglijn bezat, de eerste rapper die in Forbes' toplijst terechtkwam, en toen Forbes in 2009 - ver na No Limits piekjaren - een lijst publiceerde met de vijf rijkste rappers ooit, prijkte de naam Master P bovenaan met een kapitaal van $661 miljoen. (2. 50 Cent - $480 miljoen, 3. P. Diddy - $380 miljoen, 4. Jay-Z - $360 miljoen, 5. Russell Simmons - $325 miljoen). Toegegeven, sindsdien zal P eerder geld verloren dan verdiend hebben, terwijl het vermogen van de andere vier ondernemers significant is gestegen, maar het geeft wel aan hoe ontzettend ver een labelbaas kan komen met zelfbedachte straatstrategieën. Tegelijk laat P's voorbeeld pijnlijk zien dat alleen een goede zakelijke instelling niet voldoende is. Toeval of niet, bij Ca$h Money had men begin deze eeuw te maken met dezelfde problemen: vertrekkende artiesten, geruzie over royalties en contracten, sneren in interviews, maar door het stevige zakelijke fundament zonk niet het hele schip. Alle Hot Boys verdwenen, maar Lil Wayne bleef, en uitgerekend door diens talent beleeft Ca$h Money de laatste jaren een enorme revival. Dat is ook het cruciale verschil tussen P en de rappende moguls die na hem zijn opgekomen: bij P draaide het in tegenstelling tot bij bijvoorbeeld Jay-Z, 50 Cent en zelfs Puff Daddy uiteindelijk geen moment om de muziek, en zodra het publiek dat besefte, was er geen weg meer terug. Failliet Natuurlijk, hij heeft het nog geprobeerd. Heel vaak zelfs. Nadat zijn poging toe te treden tot de NBA definitief mislukt was, zijn sportmanagementbedrijf met enorme schulden kampte en de aanklachten tegen No Limit bleven binnenstromen, liet P het label snel failliet verklaren en begon, zonder ook maar iets van zijn privé-kapitaal te verliezen, The New No Limit Records. De artiesten: een jonge en onervaren Curren$y, de nietszeggende 2Pac-kloon Krazy en Master P's eigen zoon Lil Romeo, het snel gevonden antwoord op Snoops extreem succesvolle neef Lil Bow Wow. Alleen met Romeo dook Master P weer even op in de hitlijsten, maar zodra die de baard in de keel kreeg, verdween de schattige tiener en kwam er een inwisselbare, vrijwel succesloze twintiger voor in de plaats. Ook veel artiesten die het No Limit-kamp vroegtijdig hadden verlaten, verging het merkwaardig slecht. Rapper Big Ed overleed in 2001 aan de gevolgen van kanker, Soulja Slim werd in 2003 op de stoep voor zijn moeders huis doodgeschoten. Daarnaast dient Mac vanaf 2001 een dertigjarige celstraf uit voor moord, terwijl Skull Duggery onlangs tot zes jaar is veroordeeld voor onder meer het bezitten van kinderporno en C-Murder een levenslange gevangenisstraf uitzit voor meerdere moorden. Eigenlijk zijn van alle No Limit-artiesten alleen Snoop Dogg en Mystikal de successen van eind jaren negentig echt ontgroeid, al heeft Mystikal tussen zijn commerciële hits als Stutter en Danger zes jaar in de gevangenis gezeten wegens zowel verkrachting als afpersing (2004-2010). Sinds zijn vrijlating is hij echter weer fanatiek bezig met muziek : wrang genoeg niet onder de hoede van Master P, maar die van Birdman en Lil Wayne. Eind 2011 tekende Mystikal een contract bij Ca$h Money. Jeugdheld Toch is No Limit nog niet alleen vergeten. De meeste artiesten wel, de muziek zelf eigenlijk ook, maar de naam van het label duikt nog regelmatig op onder hiphopliefhebbers. Dit schijnbaar onuitroeibare cultsucces valt lastig te verklaren. Met de kwaliteit van de tracks heeft het niets te maken, eerder met de no nonsense-houding van het label: anders dan bij de meeste succesvolle mainstreamacts werden er binnen No Limit nooit concessies gedaan of zoetgevooisde R&B-refreinen ingezet - zelfs de best verkochte succesvolle albums bieden uiteindelijk gewoon tachtig minuten onvervalste gangsterrap. Of misschien schuilt het cultsucces, en dat is wat mij persoonlijk ook zo aanspreekt, in het buitenproportionele van No Limit. Te veel cd's per jaar, te veel nummers per cd, te veel artiesten per nummer, te veel clichés per couplet. Vandaag de dag zou een label nooit meer zo'n succesvolle bubbel kunnen opbouwen: ten eerste omdat er gewoon veel minder muziek fysiek wordt gekocht en No Limit daar een groot deel van haar advertenties mee maakte, ten tweede omdat op internet binnen een mum van een tijd stukken zouden verschijnen die de machinerie achter het label ontmaskerden. Er zijn natuurlijk wel movements met eenzelfde ambitie als No Limit - denk aan G.O.O.D. Music of het al besproken Young Money - maar zo kolossaal als de tank van P kan het in een door internet gereguleerde wereld niet meer worden. Wellicht verklaart dat waarom hij nog steeds bij naam genoemd wordt in tracks van onder meer Game's How We Do , Kanye West' Clique , en waarom nieuwelingen als Chief Keef, Nipsey Hu$$le en Game zelfs nog graag met hem samenwerken - ze zijn opgegroeid in een tijd dat Master P de allergrootste was, en wat is er nou mooier dan een track opnemen met je jeugdheld? Swag Van Master P zelf is de laatste jaren overigens weinig meer vernomen. Toen New No Limit geen succes bleek, begon hij Gutta Music Entertainment, daarna gooide hij al gauw het roer om door met Romeo het serieuze en politiek-correcte Take A Stand Records te starten, en tegenwoordig is hij druk bezig met No Limit Forever Records ( volgers op Twitter: 2444, meeste YouTube-filmpjes ca. 10.000 hits). Het maakt weinig verschil, want de val die eind jaren negentig is ingezet, laat zich niet tegenhouden. Terwijl Master P al zijn oude trucjes uit de kast trekt. Hij benadrukt in al zijn teksten hoeveel geld hij nog steeds bezit, zegt om de zoveel zinnen dat No Limit vroeger en nu dezelfde 'movement' is, en in interviews benadrukt hij al jaren dat de rest van de scene moet oppassen voor zijn comeback. Hij is stilaan het woord modewoord swag gaan gebruiken in plaats van uugh, schuift iedere zoveel maanden een nieuwe lichting onbeduidende talenten naar voren, probeert samen te werken met alle artiesten die op dat moment populair zijn (Lil Jon, Petey Pablo, Gucci Mane) en heeft vorige zomer zo'n schaamteloze ripoff gemaakt van Chief Keefs I Don´t Like dat het weer komisch is. Helemaal schrijnend wordt het zodra hij via een omweg mainstreamacts voor zijn karretje probeert te spannen, zoals de keer dat hij 50 Cent vermanend toesprak op diens grove teksten, of het filmpje waarin hij Rick Ross uitdaagt om samen met hem aan zijn gezondheid te werken. En wat te denken van het verzamelalbum dat P ter nagedachtenis van de slachtoffers van orkaan Katrina uitbracht en dat op de titel na helemaal niets met de orkaan te maken heeft, maar alleen met de beste man zelf? Als teken van ultieme uitverkoop, verscheen P in 2006, het jaar van zijn stoere drugsdeal-video Cookie Money ook in het televisieprogramma Dancing With The Stars. Steve Jobs, my nigga Waar alles wat P deed eind jaren negentig zelfvertrouwen en succes uitstraalde, maakt elke nieuwe stap zijn verschijning er alleen maar pijnlijker op. Zijn meest recente video Friends with Benefits (met Kirko Bangz) zonder budget en met één camera opgenomen. Zijn tweets klinken voornamelijk als wanhoopskreten. Hij post foto's van zichzelf met de tekst "Boss of all bosses" - zo heet zijn aankomende soloplaat, al bracht Slim Thug kortgeleden ook al een album uit met exact dezelfde titel - en over zijn nieuwe materiaal schrijft hij dingen als: "THE MOST ANTICIPATED STREET COLLABORATION EVER." Onderaan zijn meest recente video's voegt hij radeloze bijschriften als HIT SINGLE "It Dont Make No Sense" - Master P ft. Chief Keef & Fat Trel ((HIT SINGLE)) - voor de duidelijkheid: dat schrijft hij dus nog voordat het nummer überhaupt door iemand is gehoord - of HISTORY IN THE MAKING . De voorkant van zijn net gedropte mixtape Al Capone heeft niet meer de kitschfactor van de oude No Limit-covers, terwijl de compositie even onbegrijpelijk is: wat heeft dat smakeloze lichtgroene filter te betekenen? Waarom heeft P een sjaal om zijn hoofd gewikkeld? En, misschien het vreemdste, waarom houdt hij een stapel bankbiljetten bij zijn oor alsof het een mobiele telefoon betreft? Intussen worden zijn lyrics alsmaar onbegrijpelijker (bijvoorbeeld op It Dont Make No Sense : "This shit don't make no sense. It's like a movie. And I'm the director." Is dit nu verkapte zelfkritiek?) Het tekstuele dieptepunt werd een week na het overlijden van Steve Jobs bereikt, toen P de track I Can Smell The Money uitbracht: "Steve Jobs, my nigga gone/Good thing he made the fucking iPhone." Een line die de tragiek van Master P onbedoeld weergeeft. Zijn werkwijze is overgenomen, verfijnd en verbeterd, maar Master P zelf gebruikt nog precies dezelfde opzichtige trucjes als vijftien jaar geleden. Daarom heeft het ook vooral iets tragischs als hij tegenwoordig op het podium wordt geroepen door iemand als A$AP Rocky. We zien niet een zoveelste gastrapper, maar iemand uit een afgesloten tijdperk. Iemand die ooit meer geld verdiende dan welke elke andere hiphopper en dat succes sindsdien krampachtig probeert te doen herleven. Iemand die ooit de strategieën bedacht die Birdman en Ca$h Money nauwgezet volgden, maar nu blij zou moeten zijn als hij ook maar een cameo in hun videoclips krijgt. Iemand die nog steeds niet begrijpt waar het precies is misgegaan, en daarom zodra hij het podium op wordt geroepen, met volle overgave roept: "No Limit forever!" Je ziet hem hopen op respons vanuit de zaal. Denken: waarom luisteren die mensen mijn muziek niet meer? Waarom blijft het zo stil? Vroeger kochten miljoenen mensen mijn albums, als ik deze boodschap maar vaak genoeg herhaal, zal er toch wel weer iemand zijn die in me gelooft? Download Mixtape | Free Mixtapes Powered by DatPiff.com