North Sea Jazz staat al lang niet meer voor alleen maar jazz. Wie de line-up doorspit zal ongetwijfeld een aantal namen tegenkomen die voor gefronste gezichten zorgen, maar deze veelzijdigheid maakt het festival juist zo aantrekkelijk. Dit vertaalt zich in een divers publiek, want wie denkt dat North Sea Jazz voor oude stoffige mensen is heeft het mis. Het festival, dat plaatsvindt in Rotterdam, is dé plek om als liefhebber van jazz-verwante muziek te ontdekken en bevestigd krijgen wat je eigenlijk al wist. Wij zijn er dit jaar drie dagen bij en proberen ook eens wat anders dan alleen maar hiphop. Onze eerste route gaat langs Seasick Steve, Hiatus Kaiyote, Santana, Andy Allo, Thundercat, Roy Hargrove Quintet en Mala in Cuba .
De bebaarde bluesmuzikant Seasick Steve beleefde in 2006 zijn grote doorbraak op 66-jarige leeftijd. Samen met Dan Magnusson voert hij een inmiddels bekend kunstje op dat voorlopig nog prima aanslaat. Muzikaal gezien hangt de muziekstijl ergens tussen blues, country, boogie en rock-‘n-roll maar allesomvattend zit je met truckersmuziek een eind in de goede richting. Met zes albums op zak is er meer dan genoeg materiaal om te spelen, wat dan ook gebeurt als Steve niet op zijn gemak zit te ouwehoeren. Zo trekt hij bij afsluiter ‘Thunderbird’ een fles wijn open waarop volgt: “This one is about the times you could get drunk for a dollar and wake up with a two hundred dollar headache”. Het truckerscafé wordt verruild voor het Darling-podium, waar Hiatus Kaiyote acté de presence geeft. De Australische band speelt future soul, waarbij invloeden van hiphop, elektronica en – uiteraard – soul te horen zijn. Het debuutalbum Tawk Tomahawk is al ruim een jaar geleden uitgebracht maar zal bij ons binnenkort pas te vinden zijn. Onder leiding van de extravagant uitziende zangeres Nai Palm speelt het gezelschap liedjes van dit album. Dat Flying Lotus een belangrijke inspiratiebron is wordt als snel duidelijk middels de spacy ritmes, maar het is verrassend hoe goed de band de lastige overgangen vlekkeloos weet te spelen. De stem van Palm past daar uitstekend bij en onze eerste verrassing van North Sea Jazz is een feit. Iemand die minder snel zal verrassen is Santana . De wereldberoemde gitarist staat vanavond met elf andere muzikanten op het podium en trakteert het publiek op een optreden van bijna twee uur. Met een kauwgompje, hoedje, Woodstock-shirt en geveinsde nonchalance bespeelt de 65-jarige zijn gitaren zoals wij een broodje smeren. De show lijkt opgesplitst in drie delen: hits, jammen en dansen. In het eerste bedrijf horen we oude succesnummers als ‘Black Magic Woman, ‘Oye Como Va’ en een recente als ‘Maria Maria’. De blazers overstemmen bij laatstgenoemde wel de bekende solo, maar dat is een kleine smet op een verder solide performance. Zangers Tony Lindsay en Andy Vargas verzorgen grotendeels de vocalen en zwepen het publiek tussendoor flink op. Dat hoort bij het showelement maar de uitvoering is iets te modern voor hetgeen door de rest van de muzikanten op het podium gedaan wordt. Gelukkig is het publiek wel te porren voor de woorden van de twee vocalisten, wat blijkt als na een “everybody jump” ook de 50-plussers moeiteloos meespringen. “I want to invite a friend of mine, a wonder, a pyramid”, zo zegt Santana. “He played at Woodstock… and guess what? I was there too. We were so high… and we are still high!” Santana gaf eerder op de avond al een guest-appearance met Prince bij Larry Graham en die laatste betaalt deze geste nu terug door hetzelfde te doen. Bijna een half uur lang staat de slap-koning Santana bij om een potje te jammen. Voor een deel van het publiek verslapt de aandacht hier want er ontstaan steeds meer lege plekken in de zaal. Wie blijft staan krijgt een demonstratie van wat beide heren kunnen. Ongekend. Het derde en laatste deel bevat wat meer dansbare, Zuid-Amerikaanse nummers als ‘Corazon Espinado’. Stelletjes grijpen elkaar nog eens stevig vast, de stille genieters deinen grijnzend hun hoofd op en neer. Santana zelf verruilt zijn nonchalante blik slechts sporadisch voor een lachje, maar weet tegen het einde toch met een tevreden gezicht een gemeende boodschap over te brengen: “Peace in your heart, peace in your mind and peace to the world”. Na al die jaren is de geboren Mexicaan nog altijd een fenomeen die moeiteloos elke verwachting inlost. Prachtig. Van een heel ander kaliber is Thundercat . De bassist is vooral bekend als bandlid van thrashband Suicidal Tendencies en voor zijn samenwerkingen met Erykah Badu en Flying Lotus. Bijgestaan door drummer Justin Brown en toetsenist Brandon Coleman tourt hij momenteel om zijn tweede album Apocolypse te promoten. En dat lukt vanavond prima. Hoewel het geluid live een stuk meer richting freak jazz gaat dan dat er elementen van elektronica, hiphop en soul te horen zijn blijft het drietal boeien. Mede door de solo’s afwisselende ritmes en kalmte. Niet makkelijk om even luchtig te bekijken maar minstens zo interessant voor de doorzetter. Op de Hudson-stage is het de eer aan Roy Hargrove Quintet . De trompettist stond al vaker op North Sea Jazz en heeft vandaag vier sublieme muzikanten bij zich. Als bandleider van sideproject The RH Factor zoekt Hargrove wat meer de hiphopkant van jazz op, maar vanavond lijkt de focus vooral op de klassieke kant te liggen. Samen met saxofonist Justin Robinson zorgt Hargrove dat de schijnwerpers vooral op hen gericht zijn. De solo’s zijn indrukwekkend maar de jazz is zo fijn dat je er duf van wordt. Niemand kijkt er dan ook raar van op dat de vloer vol ligt met mensen die met een arm onder hun hoofd slaperig en tevreden voor zich uitstaren. “Where ma party people at?” is niet de meest voor de hand liggende manier om het publiek toe te spreken op North Sea Jazz. Zeker niet als Mala in Cuba de aangekondigde act is. “Is dit ook iets met jazz?” vraagt een bezoeker vlak voor de bas zo hard dropt dat de hele Darling-stage lijkt te trillen. De dubstep-dj reisde af naar Cuba om daar een album op te nemen. Het resultaat mag er wezen en met live-instrumenten probeert Mala het publiek voor zich te winnen. Tevergeefs, zo blijkt. Niet alleen resoneert de bas bij het minste geringste in de compacte zaal, dit lijkt toch echt een misplaatste act te zijn. Een enkele jongere weet de mix van Cubaanse muziek met dubstep te waarderen maar zo lang de rij bij de ene deur voor de zaal is, zo hard stroomt deze aan de andere kant weer leeg. De eerste dag is er een van veel verschillende indrukken waarbij voor ons Hiatus Kaiyote en Thundercat de verrassingen waren. Santana loste de hoge verwachtingen moeiteloos in en Seasick Steve en Roy Hargrove zorgden voor de nodige variatie. Het mag gezegd worden dat het festival in zijn geheel goed aangekleed is met voldoende eet- en drinktentjes, winkels, zitplekken en niet onbelangrijk in Ahoy: bewegwijzering.