Quantcast
Channel: STATEMAGAZINE Feed
Viewing all articles
Browse latest Browse all 1434

Artikel: De opkomst van Vlaamse hiphop

$
0
0

Als er de afgelopen jaren al gesproken of geschreven werd over Vlaamse hiphop, dan was de toon negatief. Te weinig kwaliteit, kan niet tippen aan Nederlandse artiesten en te diepgaand voor de radio waren veelgehoorde argumenten om het gebrek aan aandacht en airplay in België te verklaren. Sinds kort lijkt het alsof het tij langzaamaan begint te keren. Zo werd vandaag bekend dat Top Notch zich nu ook op Vlaamse rappers gaat richten. Ligt de definitieve grote doorbraak van Vlaamstalige hiphop om de hoek?

 Safi & Spreej (beeld: Kaat van Tiggel) 

‘Vlaamse hiphop? Sorry, niet goed genoeg’ luidde de kop van een artikel in De Standaard zo’n jaar geleden. In het stuk wordt de Vlaamse scene weggezet als het kleine, minder getalenteerde broertje van de Nederhop. Nederlandse artiesten doen heb namelijk al jaren goed in België. Waar eerder vooral De Jeugd van Tegenwoordig en Lange Frans en Baas B grote bekendheid bij onze zuiderburen genoten, ontving Gers Pardoel afgelopen juni een gouden plaat voor Deze Wereld Is Van Jou. Ook Kraantje Pappie bivakkeerde het afgelopen jaar langdurig in de Vlaamse Ultratop. “Ik had dit succes niet verwacht,” vertelt Kraantje. “Ik wist dat mijn album ook in België uitgebracht zou worden, maar had hiervoor nooit respons van de Belgen gehad.” Hij snapt de aantrekkingskracht van Hollandse rappers wel: “Het Nederlands klinkt robuuster. Ik zeg niet dat je als rapper stoer moet doen, maar een stoere klank wordt in de hiphop wel gewaardeerd.” Ook buiten de hitlijsten doen de Nederlanders het goed. Zo vult Hef al een tijdje Belgische zalen zonder hulp van de mainstream media. “Belgische fans kijken ook op State en Puna,” verklaart hij. “In Nederland kun je me elke dag over straat zien lopen, in België zien ze me alleen wanneer ik er optreed. Dat maakt het toch iets specialer.” Waarom juist Hef het goed doet bij de Vlamingen? “Over de grens zijn ook genoeg mensen die zich kunnen identificeren met mijn verhaal, en ik maak gewoon goede muziek.” ABN Voldoen onze zuiderburen dan gewoonweg niet aan de kwaliteitseisen? De algemene denkwijze lijkt te zijn dat Vlaamse hiphop ver achterloopt op de Nederlandse. En dat terwijl beide scenes hun oorsprong in dezelfde periode hebben. Terwijl Extince halverwege de jaren negentig in Nederland aan de weg timmerde, brak de Aarschotse groep K.I.A. in 1997 door in België met de single Zaterdag . Ook de Mechelse crew ABN kan in datzelfde jaar rekenen op een hit met debuutsingle Algemeen Beskaafd Nederlands (met een featuring van Def P). ’t Hof van Commerce is misschien wel het meest bekende voorbeeld van commercieel succes in België. Het drietal won viermaal een Belgische TMF Award voor Beste Urban en mocht optreden op Rock Werchter en Lowlands. Na zeven jaar afwezigheid bracht de groep haar vijfde album Stuntman afgelopen februari uit. Deze bleef wekenlang in de Ultratop staan. Alledrie de formaties boden een goede basis voor de ontwikkeling van een bloeiende Vlaamse scene, terwijl het gros van de succesvolle hiphopacts om verschillende redenen uit de spotlights verdween, bleven waardige nieuwkomers jarenlang uit. Biest “Ik denk niet dat het aan de kwaliteit van de hiphop lag,” meent Biest, rapper en pr-medewerker van Made Men Muzik, een onafhankelijk hiphoplabel dat in 2009 werd opgericht. “Na het uiteenvallen van groepen als K.I.A. en ABN was iedereen een tijd lang gericht op de underground. Er was vooral sprake van een battlescene: mc’s als NAG, Jizz en Cloos, die nu bij een groter publiek bekend zijn om hun releases, lieten jaren geleden al van zich horen tijdens de welbekende Skillz battles .” Biest denkt dat artiesten destijds geen behoefte hadden om mainstream bekendheid te krijgen. “Anders waren er jaren geleden al meerdere hiphopacts doorgebroken. Ook bij Made Men zijn we het pas twee jaar geleden serieuzer aan gaan pakken. Onze professionele houding helpt wel: we merken dat we steeds meer bekendheid vergaren.” Made Men Muzik blijkt niet het enige hiphoplabel die het goed aanpakt. Het eveneens onafhankelijke Eigen Makelij werd in 2008 opgericht om het debuutalbum van 2000WAT uit te brengen, maar is binnen enkele jaren uitgegroeid tot begrip. Terwijl het niet lang geleden nog ondenkbaar leek om een zaal uit te verkopen met enkel Vlaamse rappers op de affiche, vierde het label afgelopen oktober - niet voor het eerst - de release van haar vierde compilatiealbum in een bomvolle zaal. Een groot succes boekte Eigen Makelij in het afgelopen jaar met Safi & Spreej. De twee timmerden eerder solo aan de weg, maar bleken als duo een gouden formule in handen te hebben: debuutalbum Ter Plaatse, Rust bleek goed voor airplay, televisieoptredens en uitnodigingen bij nationale radiozenders. In april verschijnt hun nieuwe album Fase 2 in samenwerking met Top Notch, maar al eerder is de grens naar de bovenburen regelmatig overgestoken: optredens in Tilburg en Rotterdam en studiobezoekjes aan 3FM en Wat Anders stonden eerder al op het programma. “Het zou goed kunnen dat het commerciële succes van Nederlandse artiesten juist een reden is dat Belgische media beter uitkijken naar Vlaamse hiphopacts,” stelt het tweetal. Beiden vinden dat het gebrek aan aandacht voor hiphopacts niet volledig af te schuiven is op de media. “De boze reacties komen vooral van rappers die zichzelf overschatten. We zeggen niet dat er geen talent is in België, maar er zijn veel artiesten die nog moeten rijpen.” Dat de media juist een rol kan spelen bij die talentontwikkeling, bewijst het VRT-programma In De Mix . In deze spin-off van Ali B Op Volle Toeren gaan een rapper en een bekende Vlaamse artiest de uitdaging aan om een remake van elkaars populairste nummer te maken. In tegenstelling tot het Nederlandse origineel hebben de makers van In De Mix ervoor gekozen om onbekendere, opkomende rappers een zetje in de rug te geven. En met succes, beaamt Walter Ego, een rapper met een West-Vlaamse tongval die in de derde aflevering van het programma te zien was met zanger Raymond van het Groenewoud. “ Mijn versie van Groenewouds klassieker Meisjes schopte het bij radiozender MNM tot Big Hit, maar werd ook opgepikt door andere kanalen.” De rapper trok zelfs de aandacht van enkele platenmaatschappijen, hoewel dit hem tot op heden nog geen contract heeft opgeleverd. Wel was hij eind oktober nogmaals te zien op de nationale televisie, tijdens een live optreden bij Manneke Paul, het Vlaamse amusementsprogramma van Paul de Leeuw. Toch bleek In De Mix niet voor alle deelnemers een opstapje naar het grote publiek. Biest: “Walter Ego is eigenlijk de enige die dankzij zijn deelname een hitje wist te scoren. Vanuit Made Men deden drie artiesten mee, waarvan alleen Yuboy Jeffrey na afloop enige airplay kreeg, en dit enkel omdat hij in de Ultratop Urban 50 binnengekomen was. De rest hield er weinig aan over. Heeft In De Mix deuren voor ons geopend die anders gesloten zouden blijven? Ik denk het niet. Als MNM en VRT een platform willen bieden aan opkomende hiphoptalenten, vrees ik dat zij meer risico’s moeten nemen en ook minder toegankelijke tracks moeten durven draaien.” Walter Ego Rode TL's from Projection 3 on Vimeo . In Nederland staan de deuren ondertussen steeds meer open voor de Vlaamse concullega’s. Zo verscheen THC’s Rocks eerder op een mixtape van Kaïn & Cozone en verzorgde Terilekst een productie voor Spreej. Ook Hef deinst niet terug voor een samenwerking met de zuiderburen: “Mocht er de komende tijd een Belgische Hef opstaan, dan zou ik zeker een collabo willen doen.” Kraantje Pappie: “Er zijn in België maar weinig hiphopacts met een jolige ondertoon. Tegelijkertijd merk je dat Vlaamse artiesten vaak puurder zijn: de muziek die ze maken is oprecht.” Laat er geen misverstand over bestaan: de Vlaamse scene heeft nog altijd een lange weg af te leggen voordat iedereen overtuigd raakt van haar potentie. Een paar weken geleden schreef de Vlaamse nationalist Bart de Wever een ongenuanceerde kritiek waarin hij hiphop direct aan criminaliteit koppelde. “In de jaren negentig was rap misschien nog een vernieuwende en aangename mengeling van humor en sociale kritiek, vandaag reikt het jongeren vooral het belang aan van dames van lichte zeden (ho's), geld en juwelen (blingbling ) en het criminele bestaan om voorgaande te verwerven (the thuglife),” beweert De Wever. Juist doordat hij in zijn betoog volledig voorbij gaat aan het feit dat de populairste hiphopartiesten uit Vlaanderen de woorden blingbling en thug life nooit in hun mond zouden nemen, toont De Wever aan dat lang niet iedereen de moeite neemt om zich te interesseren voor de Belgische hiphopscene.  Ondanks de tegenslagen, de mankementen en de kritiek heeft de Vlaamse scene het afgelopen jaar echter een gestage groei doorgemaakt die ook in 2013 stand lijkt te houden. Zo heeft België met Rad Van Tong een gloednieuw hiphopfestival dat zich strikt op Vlaamse hiphop richt. En hoewel er door sommigen sceptisch gereageerd werd op de eerste Vlaamse  Rap Awards, melde de organisatie dat er enkele duizenden stemmen ontvangen zijn. De frisse, hoopvolle wind die door de scene waait wordt vanzelfsprekend ook opgemerkt door degenen die zich er middenin bevinden. “Het gaat steeds sneller: vanuit verschillende hoeken van Vlaanderen komen nieuwe talenten op,” verklaart Walter Ego. “Ik heb het gevoel dat we binnen enkele jaren kunnen concurreren met Nederlandse artiesten.”


Viewing all articles
Browse latest Browse all 1434