Een broekie was Juelz Santana nog, toen hij in 2002 opdook aan de zijde van Cam’Ron op diens hits Oh Boy en Hey Ma. Op dat laatste nummer rapte hij “She looked at me and said ‘you’s a baby, right?’” en dat dachten we inderdaad, maar daar zette hij tegenover “I told her I’m 18 and live a crazy life”. Dat vatte precies samen waarom hij in het kielzog van Cam’Ron plots een van de nieuwe sterren aan het hiphopfirmament werd: een natuurlijke swagger (in een tijd waarin rappers dat gewoon hadden zonder het honderd keer per nummer te moeten zeggen), een overtuigende flow en hoorbaar plezier in het maken van muziek.
Hoewel hij (en de rest van de Dipset-crew) ten alle tijden een gangster bleef en de vrouwonvriendelijkheid en het wapengeweld ‘dus’ zijn muziek doorspekte, kleefde er een aanstekelijk enthousiasme en gretigheid aan Juelz’ verschijnen. Niets lijkt een glansrijke carrière van Juelz Santana in de weg te staan, maar toch komt het er nooit echt van. Natuurlijk, Diplomatic Immunity (2003) van The Diplomats en zijn tweede soloalbum What the Game’s Been Missing! (2005) doen het goed in hitlijsten en leveren een handvol hits op, maar vervolgens blijft het pijnlijk stil rond Juelz. Album nummer drie wordt snel na WTGBM! aangekondigd, maar het lijkt er heel lang op dat het er nooit zal komen. God Will’n is zodoende Juelz Santana’s eerste soloproject in acht jaar (!), maar het lijkt wel of de mixtape is ingerapt door een andere rapper. Een rapper die een ongeïnspireerde, vlakke, monotone imitatie van Juelz Santana doet. God Will’n is een middelmatige, dertien-in-een-dozijn mixtape, waarop elk sprankje ambitie ontbreekt. De enthousiaste, gretige Juelz van een decennium geleden is in geen velden of wegen te bekennen en dus zijn de vele features meer dan welkom. Ware het niet dat het nog maar eens duidelijk wordt dat Juelz een gebrekkige en weinig opvallende rapper is geworden. Op Turn It Up, bijvoorbeeld, wordt hij volledig weggeblazen door de ontspannen flowende Lloyd Banks, die zich wel thuis lijkt te voelen op de Beamer, Benz Or Bentley -achtige beat. Hoewel Juelz Santana op dat nummer nog wel een aardige feature dropt, is hij op Turn It Up volkomen de weg kwijt. Zijn teksten zijn saai en heb je al tig keer gehoord (“My nickname should be Benjamin, ‘cause I stay with them Franklins”), hij flowt alsof hij zijn best moet doen om in de maat te blijven en het refreintje is tenenkrommend vervelend vanwege Juelz’ halfvalse gezang. Het nummer is exemplarisch voor de rest van de tape. Het lijkt erop alsof Juelz Santana probeert om vooral niet op te vallen. Geen enkel nummer wijkt af van de huidige hiphopnorm en hoewel dat helemaal niet erg hoeft te zijn, blijven ze ook nauwelijks hangen. De aankondiging dat dit jaar Juelz’ derde album toch echt wordt uitgebracht doet dan ook eerder vrezen voor een nóg diepere afgang richting de eeuwige vergetelheid dan hoop op eindelijk eens goed werk. Aan de andere kant, slechter dan dit kan bijna niet. (2)